Vertaling van glad
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
glad, glibberig, ongrijpbaar {bn.}
glad
glibberig
ongrijpbaar {bn.}
glibberig
ongrijpbaar {bn.}
glad, gladjes, van een leien dakje {bw.}
glad
gladjes
van een leien dakje {bw.}
gladjes
van een leien dakje {bw.}
glad, glibberig, ongrijpbaar {bn.}
glad
glibberig
ongrijpbaar {bn.}
glibberig
ongrijpbaar {bn.}
effen, gelijk, glad, sluik, zonder moeilijkheden, vlot {bn.}
effen
gelijk
glad
sluik
zonder moeilijkheden
vlot {bn.}
gelijk
glad
sluik
zonder moeilijkheden
vlot {bn.}
glad {bn.}
glad {bn.}
gewiekst, gehaaid, gladjes, goochem, glad, handig {bn.}
gewiekst
gehaaid
gladjes
goochem
glad
handig {bn.}
gehaaid
gladjes
goochem
glad
handig {bn.}
effen, glad {bn.}
effen
glad {bn.}
glad {bn.}
helemaal, compleet, finaal, gans, geheel, glad, gladweg, in extenso, letterlijk, lijnrecht, recht, totaal, volkomen, volledig, volslagen {bn.}
helemaal
compleet
finaal
gans
geheel
glad
gladweg
in extenso
letterlijk
lijnrecht
recht
totaal
volkomen
volledig
volslagen {bn.}
compleet
finaal
gans
geheel
glad
gladweg
in extenso
letterlijk
lijnrecht
recht
totaal
volkomen
volledig
volslagen {bn.}
gladmaken, gladden {ww.}
gladmaken
gladden {ww.}
gladden {ww.}
ik glad
jij gladt
hij/zij/het gladt
ik maak glad
jij maakt glad
hij/zij/het maakt glad
» meer vervoegingen van gladmaken