Vertaling van indammen
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
tegenhouden, indijken, inpolderen, indammen {ww.}
tegenhouden
indijken
inpolderen
indammen {ww.}
indijken
inpolderen
indammen {ww.}
ik zal indammen
jij zult indammen
hij/zij/het zal indammen
ik zal tegenhouden
jij zult tegenhouden
hij/zij/het zal tegenhouden
» meer vervoegingen van tegenhouden
Niemand zal ons tegenhouden.
Niemand zal ons tegenhouden.
We dachten dat we hem niet zouden kunnen tegenhouden.
We dachten dat we hem niet zouden kunnen tegenhouden.
indammen {ww.}
indammen {ww.}
ik zal indammen
jij zult indammen
hij/zij/het zal indammen
ik zal indammen
jij zult indammen
hij/zij/het zal indammen
» meer vervoegingen van indammen
inkrimpen, terugdringen, indammen, beperken, limiteren, inperken, begrenzen {ww.}
inkrimpen
terugdringen
indammen
beperken
limiteren
inperken
begrenzen {ww.}
terugdringen
indammen
beperken
limiteren
inperken
begrenzen {ww.}
ik zal begrenzen
jij zult begrenzen
hij/zij/het zal begrenzen
ik zal inkrimpen
jij zult inkrimpen
hij/zij/het zal inkrimpen
» meer vervoegingen van inkrimpen