Vertaling van passage

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
doorgang [m], overgang, passage [v] {zn.}
doorgang [m]
overgang
passage [v] {zn.}
Er is een geheime doorgang.
Er is een geheime doorgang.
doorgang [m], passage [v] {zn.}
doorgang [m]
passage [v] {zn.}
verkeer, passage [v] {zn.}
verkeer
passage [v] {zn.}
Ik hou niet van het verkeer.
Ik hou niet van het verkeer.
Als het aantal auto's toeneemt, neemt ook het verkeer toe.
Als het aantal auto's toeneemt, neemt ook het verkeer toe.
tekstgedeelte, passage [v] {zn.}
tekstgedeelte
passage [v] {zn.}
passage [v] (de ~) {zn.}
passage [v] (de ~) {zn.}
passage {zn.}
passage {zn.}
passage [v] (de ~) {zn.}
passage [v] (de ~) {zn.}
passage [v] (de ~) {zn.}
passage [v] (de ~) {zn.}
loop [m] (de ~), doorgang [m] (de ~), doortocht [m] (de ~), passage [v] (de ~) {zn.}
loop [m] (de ~)
doorgang [m] (de ~)
doortocht [m] (de ~)
passage [v] (de ~) {zn.}
Ik loop graag.
Ik loop graag.
Loop niet zo snel.
Loop niet zo snel.


Gerelateerd aan passage

doorgang - overgang - verkeer - tekstgedeelte - loop - doortochtdeel - tekst - verplaatsing - reis - winkelstraat - opening