Vertaling van tackelen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
tackelen {ww.}
tackelen {ww.}

ik tackel
jij tackelt
hij/zij/het tackelt

ik tackel
jij tackelt
hij/zij/het tackelt
» meer vervoegingen van tackelen

attaqueren, tackelen, aantasten, aanvallen, aangrijpen {ww.}
attaqueren
tackelen
aantasten
aanvallen
aangrijpen {ww.}

ik grijp aan
jij grijpt aan
hij/zij/het grijpt aan

ik attaqueer
jij attaqueert
hij/zij/het attaqueert
» meer vervoegingen van attaqueren



Gerelateerd aan tackelen

attaqueren - aantasten - aanvallen - aangrijpenneerhalen