Vertaling van tekort
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
gebrek , afwezigheid , mankement, manco, tekort, gemis, tekortkoming , euvel {zn.}
gebrek
afwezigheid
mankement
manco
tekort
gemis
tekortkoming
euvel {zn.}
afwezigheid
mankement
manco
tekort
gemis
tekortkoming
euvel {zn.}
Gebrek aan beweging kan de gezondheid schaden.
Gebrek aan beweging kan de gezondheid schaden.
Wij zijn mislukt doordat het gebrek aan voorbereiding.
Wij zijn mislukt doordat het gebrek aan voorbereiding.
nadelig saldo, tekort, kastekort, deficit {zn.}
nadelig saldo
tekort
kastekort
deficit {zn.}
tekort
kastekort
deficit {zn.}
fout , zwak , zwakheid , ondeugd , zwakte, tekortkoming , tekort, feil {zn.}
fout
zwak
zwakheid
ondeugd
zwakte
tekortkoming
tekort
feil {zn.}
zwak
zwakheid
ondeugd
zwakte
tekortkoming
tekort
feil {zn.}
Fout.
Fout.
Wij zijn zwak.
Wij zijn zwak.
gebrek , tekort , ontstentenis , gemis {zn.}
gebrek
tekort
ontstentenis
gemis {zn.}
tekort
ontstentenis
gemis {zn.}
Mensen wonende in dit gebied sterven aan een gebrek aan water.
Mensen wonende in dit gebied sterven aan een gebrek aan water.
Als ge over zijn werk oordeelt, denk dan ook aan zijn gebrek aan ervaring.
Als ge over zijn werk oordeelt, denk dan ook aan zijn gebrek aan ervaring.
gat, tekort {zn.}
gat
tekort {zn.}
tekort {zn.}
Hij groef een gat.
Hij groef een gat.
Het is een zwart gat.
Het is een zwart gat.
falen, onderuitgaan, tekortschieten, feilen {ww.}
falen
onderuitgaan
tekortschieten
feilen {ww.}
onderuitgaan
tekortschieten
feilen {ww.}
ik faal
ik faalde
jij faalt
ik faal
ik faalde
jij faalt
» meer vervoegingen van falen
Soms moet je falen voordat je kunt slagen.
Soms moet je falen voordat je kunt slagen.
Je hebt je falen aan Jim te danken.
Je hebt je falen aan Jim te danken.