Vertaling van voorbijrijden

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
inhalen, voorbijvaren, voorbijrijden, passeren {ww.}
inhalen
voorbijvaren
voorbijrijden
passeren {ww.}

ik zal inhalen
jij zult inhalen
hij/zij/het zal inhalen

ik zal inhalen
jij zult inhalen
hij/zij/het zal inhalen
» meer vervoegingen van inhalen

Ik moet de verloren tijd inhalen.
Ik moet de verloren tijd inhalen.
Het maakt niet uit hoe snel je wandelt, je kan hem niet inhalen.
Het maakt niet uit hoe snel je wandelt, je kan hem niet inhalen.
langsrijden, voorbijrijden {ww.}
langsrijden
voorbijrijden {ww.}

ik zal langsrijden
jij zult langsrijden
hij/zij/het zal langsrijden

ik zal langsrijden
jij zult langsrijden
hij/zij/het zal langsrijden
» meer vervoegingen van langsrijden



Gerelateerd aan voorbijrijden

inhalen - voorbijvaren - passeren - langsrijdenkarren - voorbijgaan