Vervoeging van expireren
Onbepaalde wijs (infinitief): expireren
Nederlands
Engels
Onvoltooid tegenwoordige tijd
- ik expireer
- jij expireert
- hij/zij/het expireert
- wij expireren
- jullie expireren
- zij expireren
Present
- I choke
- you choke
- he/she/it chokes
- we choke
- you choke
- they choke
Onvoltooid verleden tijd
- ik expireerde
- jij expireerde
- hij/zij/het expireerde
- wij expireerden
- jullie expireerden
- zij expireerden
Simple past
- I choked
- you choked
- he/she/it choked
- we choked
- you choked
- they choked
Voltooid tegenwoordige tijd
- ik heb geëxpireerd
- jij hebt geëxpireerd
- hij/zij/het heeft geëxpireerd
- wij hebben geëxpireerd
- jullie hebben geëxpireerd
- zij hebben geëxpireerd
Present perfect
- I have choked
- you have choked
- he/she/it has choked
- we have choked
- you have choked
- they have choked
Voltooid verleden tijd
- ik had geëxpireerd
- jij had geëxpireerd
- hij/zij/het had geëxpireerd
- wij hadden geëxpireerd
- jullie hadden geëxpireerd
- zij hadden geëxpireerd
Past perfect
- I had choked
- you had choked
- he/she/it had choked
- we had choked
- you had choked
- they had choked
Toekomende tijd I
- ik zal expireren
- jij zult expireren
- hij/zij/het zal expireren
- wij zullen expireren
- jullie zullen expireren
- zij zullen expireren
Future
- I will choke
- you will choke
- he/she/it will choke
- we will choke
- you will choke
- they will choke
Toekomende tijd II
- ik zal geëxpireerd hebben
- jij zult geëxpireerd hebben
- hij/zij/het zal geëxpireerd hebben
- wij zullen geëxpireerd hebben
- jullie zullen geëxpireerd hebben
- zij zullen geëxpireerd hebben
Future perfect
- I will have choked
- you will have choked
- he/she/it will have choked
- we will have choked
- you will have choked
- they will have choked
Conditionalis I
- ik zou expireren
- jij zou expireren
- hij/zij/het zou expireren
- wij zouden expireren
- jullie zouden expireren
- zij zouden expireren
Conditional present
- I would choke
- you would choke
- he/she/it would choke
- we would choke
- you would choke
- they would choke
Conditionalis II
- ik zou hebben geëxpireerd
- jij zou hebben geëxpireerd
- hij/zij/het zou hebben geëxpireerd
- wij zouden hebben geëxpireerd
- jullie zouden hebben geëxpireerd
- zij zouden hebben geëxpireerd
Conditional perfect
- I would have choked
- you would have choked
- he/she/it would have choked
- we would have choked
- you would have choked
- they would have choked
Imperatief
- jij expireer
- jullie expireert
Imperative
- you choke
- you choke