Betekenis van:
aanvangen

aanvangen
Werkwoord
  • beginnen, starten
"Er was een nieuwe droogteperiode aangevangen."
aanvangen
Werkwoord
  • van een zeker ogenblik af gaan plaats hebben
"de voorstelling vangt aan"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

aanvangen
Werkwoord
  • een begin maken met
"de thuisploeg moest de tweede helft met een achterstand aanvangen"
"het werk aanvangen"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. datum en uur waarop de bewerking zal aanvangen;
  2. Entiteiten moeten deze wijzigingen toepassen op jaarperioden die op of na 1 januari 2009 aanvangen.
  3. De bouw kan plaatsvinden op grond die de koper bezit of leaset voordat de bouwwerkzaamheden aanvangen.
  4. Kwekerijen of kweekgebieden van weekdieren die hun activiteiten aanvangen of hervatten (25)
  5. Een entiteit moet deze wijziging toepassen op jaarperioden die op of na 1 januari 2009 aanvangen.
  6. 18 Entiteiten moeten deze interpretatie toepassen op jaarperioden die op of na 1 oktober 2008 aanvangen.
  7. Bijzondere bepalingen voor afzonderlijke kwekerijen die hun activiteiten aanvangen of hervatten
  8. 24 Entiteiten moeten deze interpretatie toepassen op jaarperioden die op of na 1 januari 2009 aanvangen.
  9. Een entiteit moet deze wijzigingen toepassen op jaarperioden die op of na 1 januari 2009 aanvangen.
  10. De terugbetaling zou aanvangen één jaar nadat de lening was verstrekt.
  11. Aanvangen met acties om schapen en geiten te identificeren en hun verkeer te registreren.
  12. Deze wijzigingen moeten worden toegepast op jaarperioden die op of na 1 januari 2009 aanvangen.
  13. Goedkeuren van een wet inzake verkeersveiligheid en aanvangen met de uitvoering van maatregelen op dit gebied.
  14. Een entiteit moet deze wijzigingen toepassen op jaarperioden die op of na 1 juli 2009 aanvangen.
  15. Een entiteit moet deze alinea's toepassen op jaarperioden die op of na 1 januari 2009 aanvangen.