Betekenis van:
gulden

gulden
Zelfstandig naamwoord
  • de munteenheid op Curaçao en Sint Maarten, voorheen ook in andere landen
"In Nederland wordt niet meer met de gulden betaald."
gulden (de ~ | meervoud guldens)
Zelfstandig naamwoord
  • geld; gulden; gulden; gulden, geld; gulden; (informeel) gulden; munteenheid
"de gulden staat sterk"
"dat kost vijfentwintig gulden"

Synoniemen

Hyperoniemen

gulden
Bijvoeglijk naamwoord
  • ''vaak overdrachtelijk'' van goud vervaardigd
"Die man had een gulden hart."
gulden
Bijvoeglijk naamwoord
  • gouden; van goud
"de gulden snede"
"de gulden middenweg"

Synoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. De gouden middelmaat", "de gulden middenweg