Betekenis van:
hebben

hebben
Werkwoord
  • zich verplicht voelen te
"de plicht hebben"
"strafwerk te maken hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

hebben
Werkwoord
  • bedeeld, gekweld zijn met
"mooi weer hebben"
"last hebben van [een zere keel]"

Synoniemen

Hyperoniemen

hebben
Werkwoord
  • overwinnaar worden in een spel, wedstrijd e.d.
"iemand moeten hebben"
"iemand moeten hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. We hebben gisteren getennist.
  2. Boerderijen hebben schuren.
  3. Hebben jullie geen dorst?
  4. We hebben geld nodig.
  5. We hebben geen suiker.
  6. We hebben dertien knuppels.
  7. Wij hebben genoeg tijd.
  8. We hebben geen suiker.
  9. We hebben veel tijd.
  10. We hebben geen suiker.
  11. We hebben twee oren.
  12. We hebben geen wasdroger.
  13. Vogels hebben vleugels.
  14. Hoeveel pennen hebben jullie?
  15. Kinderen hebben liefde nodig.