Betekenis van:
klimmen

klimmen
Werkwoord
  • in rangorde stijgen
"klimmen in rang/aanzien"

Hyperoniemen

klimmen
Werkwoord
  • stijgen; naar hoger punt gaan
"de weg klimt omhoog"
"klimmen tot [een hoogte van 20000 voet]"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

klimmen
Werkwoord
  • omhoog rijden
"die wielrenner kan niet klimmen"

Hyperoniemen

Hyponiemen

klimmen
Werkwoord
  • omhoog of omlaag gaan
"op een podium klimmen"
"in een boom klimmen"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

klimmen
Werkwoord
  • het bewegen in een omhooggaande richting dan wel over obstakels
klimmen
Werkwoord
  • stijgen, omhooggaan, groeien, hoger worden of komen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Apen klimmen in bomen.
  2. Een beer kan in een boom klimmen.
  3. Niet op die ladder klimmen; hij is niet veilig.
  4. In een boom klimmen is voor een aap gemakkelijk.
  5. Fretten klimmen graag en deze hoogte vergemakkelijkt het aanbieden van een passend verrijkt milieu.
  6. Klasse D Drijvende artikelen voor actief gebruik, d.w.z. klimmen, springen en dergelijke.
  7. Indien gebruik wordt gemaakt van waterschotels, dienen deze zo te worden opgesteld dat de amfibieën er makkelijk in en uit kunnen klimmen.
  8. De leefruimten dienen verticaal en diagonaal geplaatste structuren te bevatten zodat de apen kunnen klimmen en het hele volume van de leefruimte beter wordt gebruikt.
  9. Stootranden voor kinderledikanten moeten zodanig worden ontworpen en vervaardigd dat zij geen onderdelen bevatten die kinderen als voetsteun kunnen gebruiken om op het product te klimmen.
  10. Naast hun wilde aard en hun neiging tot klimmen vertonen niet-menselijke primaten sterk ontwikkelde cognitieve vermogens en een complex sociaal en foerageergedrag.
  11. Om de dieren een veilig gevoel te geven, dienen het ontwerp en de binnenafmetingen van de leefruimte zodanig te zijn dat de dieren ten minste tot boven menselijke ooghoogte kunnen klimmen.
  12. .3 Indien een evacuatieglijbaan moet dienen als middel om overlevenden op het dek van het schip over te brengen, moet de glijbaan voorzien zijn van grijplijnen of ladders als hulpmiddelen bij het naar boven klimmen.
  13. De hoogte is een cruciaal aspect van de leefruimte, en alle niet-menselijke primaten dienen de gelegenheid te hebben om te klimmen, te springen en op een hoge tak plaats te nemen.
  14. Om de dieren een veilig gevoel te geven, dienen het ontwerp en de binnenafmetingen van de leefruimte zodanig te zijn dat de dieren ten minste tot boven menselijke ooghoogte kunnen klimmen.
  15. In tegenstelling tot niet-boombewonende laboratoriumdieren is de vluchtrespons van primaten ten aanzien van grondbewonende roofdieren niet horizontaal maar verticaal gericht; zelfs de minst tot klimmen geneigde soorten zoeken dan hun toevlucht in bomen of op rotspartijen.