Betekenis van:
raming

raming (de ~ | meervoud ramingen)
Zelfstandig naamwoord
  • schatting van de benodigde uitgaven, vooral van de overheid
"de raming van 'een bedrag'/'de economische groei'/'de omvang van de schade'"
"de raming voor 1997"

Synoniemen

Hyperoniemen

raming
Zelfstandig naamwoord
  • de waarde van een object zoals vastgesteld door een beëdigd taxateur

Synoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Raming
  2. (raming)
  3. 23855 (raming)
  4. 2004 (raming)
  5. Raming [2]
  6. E= raming.
  7. Objectieve raming
  8. Totale douanewaarde (raming)
  9. Raming van het steunbedrag
  10. Totale douanewaarde (raming)
  11. Aantal transacties (raming)
  12. Raming van schuldvorderingen
  13. Raming van het Parlement
  14. Raming van schuldvorderingen
  15. Totale hoeveelheid (raming)