Betekenis van:
stranden
stranden
Werkwoord
- aan de grond vastlopen
"Het schip strandde juist voor de havengeul."
stranden
Werkwoord
- in zijn beweging gestuit worden
"(het voertuig) strand (ergens)"
"(ergens) stranden"
Synoniemen
Hyperoniemen
stranden
Werkwoord
- aan wal komen drijven
"op ['het strand'/'de pier'] stranden"
"[potvissen/schipbreukelingen/kisten] stranden"