Betekenis van:
tarief

tarief (het ~ | meervoud tarieven)
Zelfstandig naamwoord
  • prijsbepaling voor verschillende verrichtingen
"een tarief berekenen/vaststellen"
"een hoog/laag tarief"

Hyperoniemen

Hyponiemen

tarief
Zelfstandig naamwoord
  • een vastgesteld bedrag per eenheid
"Het tarief van de huur voor de auto is 30 euro per uur."

Voorbeeldzinnen

  1. VVB-tarief
  2. Verminderd tarief
  3. likeuren– -tarief
  4. Prijs/tarief
  5. Normaal tarief
  6. SOORT TARIEF
  7. Normaal tarief
  8. Tarief van het kapitaalrecht
  9. Te betalen (vol tarief):
  10. Afdeling 1 - Normaal tarief
  11. Het tarief is gerechtvaardigd
  12. 50 % van MFN-tarief
  13. Bijlagen bij het tarief
  14. Verandering van prijs/tarief
  15. BIJLAGEN BIJ HET TARIEF