Betekenis van:
tent

tent (de ~ | meervoud tenten)
Zelfstandig naamwoord
  • verblijf van doek gespannen over stokken
"een tent opzetten"
"een tent afbreken"

Hyperoniemen

Hyponiemen

tent (de ~ | meervoud tenten)
Zelfstandig naamwoord
  • plaats waar men wat kan doen; openbaar (drank)lokaal
"een leuke tent, hier"
"de tent afbreken"

Synoniemen

Hyperoniemen

tent
Zelfstandig naamwoord
  • verplaatsbare constructie van over stokken of buizen gespannen doek die als (tijdelijk) onderdak dient
tent
Zelfstandig naamwoord
  • café, restaurant of andere openbare plek
tent (de ~ | meervoud tenten)
Zelfstandig naamwoord
  • marktkraam; tentje op een markt

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Tent voor medische doeleinden
  2. tent(en) voor het personeel.
  3. tent(en) voor het uitvoeren van operaties,
  4. tent(en) met onderling verbonden vertrekken voor triage, medische verzorging en evacuatie,