Betekenis van:
vlag

vlag (de ~ | meervoud vlaggen)
Zelfstandig naamwoord
  • doek als symbool v.e. partij of land
"de vlag wappert in de wind"
"'welke vlag voert hij?'/'onder welke vlag vaart hij?'"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

vlag (de ~ | meervoud vlaggen)
Zelfstandig naamwoord
  • streep aan een muzieknoot
"een noot met twee vlaggetjes is een zestiende noot"

Hyperoniemen

Hyponiemen

vlag
Zelfstandig naamwoord
  • een lap stof met op vaste wijze geschikte kleuren die gevoerd wordt als symbool van een partij of natie
"De vlag hing toen in Nederland halfstok."
vlag
Zelfstandig naamwoord
  • aanhangsel van een poststempel met een tekst

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Verander de vlag, alsjeblieft.
  2. Moeten we de vlag veranderen?
  3. Deze vlag is heel mooi.
  4. Deze vlag is erg mooi.
  5. Waar komt deze vlag vandaan?
  6. Het schip voer de Amerikaanse vlag.
  7. Tom slaagde met vlag en wimpel.
  8. Moeten we de Australische vlag veranderen?
  9. De Japanse vlag tekenen is erg makkelijk.
  10. Op de Amerikaanse vlag staan vijftig sterren.
  11. Dit is de vlag van Japan.
  12. Elk land heeft zijn nationale vlag.
  13. De Franse vlag is blauw, wit en rood.
  14. De kleuren van de Amerikaanse vlag zijn rood, wit en blauw.
  15. Welke kleur heeft de uiterst rechtse ring op de Olympische vlag?