Vertaling van award

Inhoud:

Engels
Nederlands
to adjudge, to award, to bestow {ww.}
toewijzen
toekennen
toeslaan
gunnen

I award
you award
we award

ik wijs toe
jij wijst toe
wij wijzen toe
» meer vervoegingen van toewijzen

to accredit, to ascribe, to award, to bestow, to assign, to attach {ww.}
toekennen
toeschrijven 
toedichten

I award
you award
we award

ik ken toe
jij kent toe
wij kennen toe
» meer vervoegingen van toekennen

to award a prize, to reward, to award {ww.}
een prijs toekennen
bekronen 

I award
you award
we award

ik bekroon
jij bekroont
wij bekronen
» meer vervoegingen van bekronen

to award, to present {ww.}
bekronen

I award
you award
we award

ik bekroon
jij bekroont
wij bekronen
» meer vervoegingen van bekronen

adjudication, bestowal, award {zn.}
toewijzing [v]
toeslag 
toekenning [v]
premium, prize, award, bounty, reward {zn.}
prijs 
premie  [v]
Each of them was given a prize.
Ieder van hen kreeg een prijs.
He won the prize last week.
Hij won vorige week de prijs.


Gerelateerd aan award

adjudge - bestow - accredit - ascribe - assign - attach - award a prize - reward - present - adjudication - bestowal - premium - prize - bountyfavor