Vertaling van grabbed

Inhoud:

Engels
Nederlands
busted, grabbed, copped, nabbed {bn.}
betrapt
gesnapt
to grasp, to grab, to seize, to snatch {ww.}
grijpen
vatten 
beetpakken 

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik greep
jij greep
hij/zij/het greep
» meer vervoegingen van grijpen

to clutch, to grab, to grasp, to grip, to seize, to nab, to snatch {ww.}
vastgrijpen
grijpen
aangrijpen 
bemachtigen 

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik greep vast
jij greep vast
hij/zij/het greep vast
» meer vervoegingen van vastgrijpen

to grab, to take possession of {ww.}
bezit nemen van
to capture, to catch, to grapple, to captivate, to grab, to seize, to trap, to apprehend, to bag {ww.}
vangen
vatten 
vastpakken
pakken
beetnemen 
beetkrijgen

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik ving
jij ving
hij/zij/het ving
» meer vervoegingen van vangen

Cats catch mice.
Katten vangen muizen.
The cat chased the mouse, but couldn't catch it.
De kat joeg op de muis, maar kon ze niet vangen.
to catch, to grab, to take hold of {ww.}
grabbelen

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik grabbelde
jij grabbelde
hij/zij/het grabbelde
» meer vervoegingen van grabbelen

to catch, to grab, to take hold of {ww.}
vangst [v] (de ~)
to catch, to grab, to take hold of {ww.}
vangen

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik ving
jij ving
hij/zij/het ving
» meer vervoegingen van vangen

to catch, to grab, to take hold of {ww.}
grijpen

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik greep
jij greep
hij/zij/het greep
» meer vervoegingen van grijpen

to grab {ww.}
grabbelen
graaien

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik grabbelde
jij grabbelde
hij/zij/het grabbelde
» meer vervoegingen van grabbelen

to catch, to grab, to take hold of {ww.}
grissen
graaien

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik griste
jij griste
hij/zij/het griste
» meer vervoegingen van grissen

to grab, to snaffle, to snap up {ww.}
meepakken

I grabbed
you grabbed
he/she/it grabbed

ik pakte mee
jij pakte mee
hij/zij/het pakte mee
» meer vervoegingen van meepakken



Gerelateerd aan grabbed

busted - copped - nabbed - grasp - grab - seize - snatch - clutch - grip - nab - take possession of - capture - catch - grapple - captivatedig up - effort - clutch - displace - fumble - bring around