Vertaling van gush
						Inhoud:
						
Engels
Nederlands
to gush, to spurt, to spurt out, to spout, to spray, to sprinkle, to gush out, to shoot forth {ww.}
stuiven
verspuiten
opspatten
verspuiten
opspatten
I gush
you gush
we gush
ik stuif
jij stuift
wij stuiven
			 					» meer vervoegingen van stuiven
		 					
gush, spurt, spray {zn.}
vloeistofstraal
straal
straal
gush, spout {zn.}
straal
to gush, to spirt, to spout, to spurt {ww.}
spuiten
I gush
you gush
we gush
ik spuit
jij spuit
wij spuiten
			 					» meer vervoegingen van spuiten
		 					
to gush, to jet {ww.}
gulpen
pletsen
gutsen
pletsen
gutsen
I gush
you gush
we gush
ik gulp
jij gulpt
wij gulpen
			 					» meer vervoegingen van gulpen
		 					
blowup, ebullition, effusion, gush, outburst {zn.}
uitbarsting 
flush, gush, outpouring {zn.}
plons
plemp
plomp
plens
plemp
plomp
plens