Vertaling van job-

Inhoud:

Engels
Nederlands
job- {bn.}
aangenomen
job {zn.}
aanmonstering [v]
commission, errand, charge, entrustment, job, mandate, trust, appointment, authorization {zn.}
commissie  [v]
opdracht  [v]
boodschap  [v]
job {zn.}
arbeidsplaats [v]
occupation, activity, job, trade {zn.}
emplooi [o]
bezigheid  [v]
post, capacity, job, office, position, station, appointment {zn.}
baan  [v]
post 
wachtpost
plaats  [v]
werkkring [m]
betrekking  [v]
ambt  [o]
I'm looking for a job.
Ik zoek een baan.
My sister has a job.
Mijn zus heeft een baan.
job, task, chore, stint, assignment {zn.}
taak [v]
opdracht
opgave [v]
klus [m]
opgaaf [v]
karwei
He'll finish the job by tomorrow.
Hij zal morgen klaar zijn met de klus.
Have you done your assignment yet?
Heb je je opdracht al gemaakt?
function, job, office, post, capacity, position {zn.}
baan  [v]
functie
plaats  [v]
werkkring [m]
betrekking  [v]
ambt  [o]
Tom is looking for a job.
Tom is op zoek naar een baan.
Your job hangs by a thread.
Jouw baan hangt aan een zijden draadje.
Job {eigenn.}
Job
to job, to speculate {ww.}
speculeren

I job
you job
we job

ik speculeer
jij speculeert
wij speculeren
» meer vervoegingen van speculeren



Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

Good job!

Mooi gedaan!

Her job is to type.

Haar werk is om te typen.

The job is practically done.

De taak is zo goed als afgewerkt.

But he needed a job.

Maar hij had een job nodig.

I'm looking for a job.

Ik zoek een baan.

My sister has a job.

Mijn zus heeft een baan.

The job offer still stands.

De werkaanbieding geldt nog steeds.

He'll finish the job by tomorrow.

Hij zal morgen klaar zijn met de klus.

Tom is looking for a job.

Tom is op zoek naar een baan.

I am content with my job.

Ik ben tevreden met mijn werk.

She starts her job at seven o'clock.

Ze begint om zeven uur met werken.

Have you ever applied for a job?

Heb je al eens gesolliciteerd?

He is still green at the job.

Hij is nog een groentje op het werk.

I wish this job was over.

Ik wou dat dit werk voorbij was.

Your job hangs by a thread.

Jouw baan hangt aan een zijden draadje.


Gerelateerd aan job-

job - commission - errand - charge - entrustment - mandate - trust - appointment - authorization - occupation - activity - trade - post - capacity - officemerchandise