Vertaling van string
Inhoud:
Engels
Nederlands
to string {ww.}
met touw vastbinden
snoeren
snoeren
I string
you string
we string
ik snoer
jij snoert
wij snoeren
» meer vervoegingen van snoeren
to string {ww.}
afhalen
I string
you string
we string
ik haal af
jij haalt af
wij halen af
» meer vervoegingen van afhalen
string, chord {zn.}
snaar
stemband
stemband
string {zn.}
string
to string {ww.}
besnaren
I string
you string
we string
ik besnaar
jij besnaart
wij besnaren
» meer vervoegingen van besnaren
to string {ww.}
bespannen
I string
you string
we string
ik bespan
jij bespant
wij bespannen
» meer vervoegingen van bespannen
to string {ww.}
snoeren
I string
you string
we string
ik snoer
jij snoert
wij snoeren
» meer vervoegingen van snoeren
braid, fillet, string, tie {zn.}
band
sinew, string, tendon {zn.}
pees
zeen
zeen
Let go of the rope.
Laat het touw los.
I let go of the rope.
Ik liet het touw los.
strand, string {zn.}
koordje
touwtje
touwtje
to draw, to string, to thread {ww.}
rijgen
I string
you string
we string
ik rijg
jij rijgt
wij rijgen
» meer vervoegingen van rijgen