Vertaling van eer

Inhoud:

Nederlands
Engels
eer [v], hulde {zn.}
honour 
eer, liever {bw.}
preferably
alvorens, alvorens te, eer, aleer, voor, vooraleer {vw.}
before 
previous to
bij voorkeur, eer, liefst, liever, veeleer {bw.}
preferably
rather
ideally 
eer [m] (de ~), aanzien [o] (het ~) {zn.}
honor
honour
Ik had de eer niet om hem te ontmoeten.
I haven't had the honor of meeting him.
Hij had de eer voorgesteld te worden aan een groot schrijver.
He had the honor of being presented to a great writer.
eren, huldigen, vereren {ww.}
to venerate
to honour 

ik eer

I venerate
» meer vervoegingen van to venerate

hulde [v] (de ~), eer [m] (de ~), eerbetoon [o] (het ~), hommage [v] (de ~), huldebetoon {zn.}
homage
court
deugdzaamheid [v] (de ~), eer [m] (de ~), eerbaarheid [v] (de ~), eerzaamheid, preutsheid, pudiciteit, reinheid [v] (de ~), zedelijkheid, zedigheid, onschuld [m] (de ~), kuisheid [v] (de ~) {zn.}
decency
eren {ww.}
to venerate
to revere
to reverence
to fear

ik eer

I venerate
» meer vervoegingen van to venerate

eren {ww.}
to favour
to favor

ik eer

I favor
» meer vervoegingen van to favor



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ik had de eer niet om hem te ontmoeten.

I haven't had the honor of meeting him.

Hij had de eer voorgesteld te worden aan een groot schrijver.

He had the honor of being presented to a great writer.


Gerelateerd aan eer

hulde - liever - alvorens - alvorens te - aleer - voor - vooraleer - bij voorkeur - liefst - veeleer - aanzien - eren - huldigen - vereren - eerbetoonwaardering - bewijs - respecteren - prijzen