Vertaling van openbaar

Inhoud:

Nederlands
Engels
openbaar, openlijk, publiek, ruchtbaar {bn.}
public 
kenbaar maken, openbaren {ww.}
to reveal 
to let know

ik openbaar

I reveal
» meer vervoegingen van to reveal

loslaten, onthullen, openbaren {ww.}
to uncover
to divulge
to avow 
to disclose 
to reveal 

ik openbaar

I uncover
» meer vervoegingen van to uncover

ontwikkelen, openbaren {ww.}
to reveal 
to develop 

ik openbaar

I reveal
» meer vervoegingen van to reveal

openbaren {ww.}
to reveal 

ik openbaar

I reveal
» meer vervoegingen van to reveal

publiek, openbaar, algemeen {bn.}
public
publiek, openbaar, gemeen {bn.}
public
uiten, openbaren, manifesteren {ww.}
to come to light
to come to hand
blootleggen, ontboezemen, ontsluieren, reveleren, onthullen, openbaren, uitgieten, uitstorten {ww.}
to reveal
to unwrap
to let on
to let out
to expose
to give away
to divulge
to discover
to disclose
to bring out
to break

ik openbaar

I reveal
» meer vervoegingen van to reveal



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ik spreek niet graag in het openbaar.

I don't like to speak in public.

De internationale taal Esperanto verscheen in het openbaar aan het einde van 1887.

The international language Esperanto appeared in public at the end of 1887.

Ze schaamde zich heel erg toen haar kind zich erg misdroeg in het openbaar.

She was very embarrassed when her child behaved badly in public.

Het is onbeleefd om in het openbaar je baas voor gek te zetten.

It's rude to make fun of your boss in public.