Vertaling van uitvaren

Inhoud:

Nederlands
Engels
afrijden, uitlopen, uitvaren, vertrekken, wegrijden {ww.}
to drive off
to drive away
foeteren, fulmineren, razen, tieren, uitvaren {ww.}
to storm 
to rage 
to rave 
to be infuriated

ik zal uitvaren
jij zult uitvaren
hij/zij/het zal uitvaren

I will rage
you will rage
he/she/it will rage
» meer vervoegingen van to rage

fulmineren, opspelen, uitpakken, uitschieten, uitvallen, uitvliegen, uitvaren, uithalen {ww.}
to rail
to fulminate

ik zal uitvaren
jij zult uitvaren
hij/zij/het zal uitvaren

I will rail
you will rail
he/she/it will rail
» meer vervoegingen van to rail



Gerelateerd aan uitvaren

afrijden - uitlopen - vertrekken - wegrijden - foeteren - fulmineren - razen - tieren - opspelen - uitpakken - uitschieten - uitvallen - uitvliegen - uithalenrauzen