Vertaling van uitmaken

Inhoud:

Nederlands
Frans
beslissen, besluiten, uitmaken, zich voornemen {ww.}
décider 

ik zal uitmaken
jij zult uitmaken
hij/zij/het zal uitmaken

je déciderai
tu décideras
il/elle décidera
» meer vervoegingen van décider

Maar hoe ga je beslissen wat belangrijk is en wat niet?
Mais comment vas-tu décider ce qui est important et ce qui ne l'est pas ?
Het is aan jou om te besluiten wat te doen.
C'est à vous de décider de ce que vous voulez faire.
afmaken, afsluiten, beëindigen, besluiten, uitmaken, voleindigen {ww.}
finir 
terminer 
cesser 

ik zal uitmaken
jij zult uitmaken
hij/zij/het zal uitmaken

je finirai
tu finiras
il/elle finira
» meer vervoegingen van finir

blussen, doven, uitblussen, uitdoen, uitdoven, uitmaken {ww.}
éteindre 

ik zal uitmaken
jij zult uitmaken
hij/zij/het zal uitmaken

je éteindrai
tu éteindras
il/elle éteindra
» meer vervoegingen van éteindre

Kan je het licht uitdoen?
Peux-tu éteindre la lumière ?
Je kan maar beter het licht uitdoen voordat je gaat slapen.
Vous devriez éteindre la lumière avant d'aller dormir.
afschaffen, elimineren, opdoeken, uitmaken, verwijderen, wegdoen {ww.}
ôter 
supprimer 

ik zal uitmaken
jij zult uitmaken
hij/zij/het zal uitmaken

je ôterai
tu ôteras
il/elle ôtera
» meer vervoegingen van ôter