Vertaling van binnenkomen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
binnenkomen, inkomen {ww.}
binnenkomen
inkomen {ww.}

ik zal binnenkomen
jij zult binnenkomen
hij/zij/het zal binnenkomen

ik zal binnenkomen
jij zult binnenkomen
hij/zij/het zal binnenkomen
» meer vervoegingen van binnenkomen

Je mag nu binnenkomen.
Je mag nu binnenkomen.
Mag ik binnenkomen?
Mag ik binnenkomen?
binnenkomen, inkomen {ww.}
binnenkomen
inkomen {ww.}

ik zal binnenkomen
jij zult binnenkomen
hij/zij/het zal binnenkomen

ik zal binnenkomen
jij zult binnenkomen
hij/zij/het zal binnenkomen
» meer vervoegingen van binnenkomen

Kan ik binnenkomen?
Kan ik binnenkomen?
"Je zou beter binnenkomen", zei de man.
"Je zou beter binnenkomen", zei de man.
binnenkomen, binnenlopen, invallen, binnenvaren {ww.}
binnenkomen
binnenlopen
invallen
binnenvaren {ww.}

ik zal binnenkomen
jij zult binnenkomen
hij/zij/het zal binnenkomen

ik zal binnenkomen
jij zult binnenkomen
hij/zij/het zal binnenkomen
» meer vervoegingen van binnenkomen

De deuren waren op slot en we konden op geen enkele manier binnenkomen.
De deuren waren op slot en we konden op geen enkele manier binnenkomen.
komen, binnenkomen, aankomen, arriveren {ww.}
komen
binnenkomen
aankomen
arriveren {ww.}

ik zal aankomen
jij zult aankomen
hij/zij/het zal aankomen

ik zal komen
jij zult komen
hij/zij/het zal komen
» meer vervoegingen van komen

De brief zal morgen aankomen.
De brief zal morgen aankomen.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Je mag nu binnenkomen.

Je mag nu binnenkomen.

Mag ik binnenkomen?

Mag ik binnenkomen?

Kan ik binnenkomen?

Kan ik binnenkomen?

"Je zou beter binnenkomen", zei de man.

"Je zou beter binnenkomen", zei de man.

De deuren waren op slot en we konden op geen enkele manier binnenkomen.

De deuren waren op slot en we konden op geen enkele manier binnenkomen.


Gerelateerd aan binnenkomen

inkomen - binnenlopen - invallen - binnenvaren - komen - aankomen - arriverenarriveren - inkomen - verplaatsen