Vertaling van bundel
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
bundel {zn.}
bundel {zn.}
bos , wis, bundel {zn.}
bos
wis
bundel {zn.}
wis
bundel {zn.}
Als ge op de WC-bril pist, wis het af!
Als ge op de WC-bril pist, wis het af!
Dieren wonen in het bos.
Dieren wonen in het bos.
garf , schoof, bundel {zn.}
garf
schoof
bundel {zn.}
schoof
bundel {zn.}
collectie , verzameling , bundel {zn.}
collectie
verzameling
bundel {zn.}
verzameling
bundel {zn.}
bundel {zn.}
bundel {zn.}
bundel {zn.}
bundel {zn.}
stralenbundel , bundel {zn.}
stralenbundel
bundel {zn.}
bundel {zn.}
bundelen {ww.}
bundelen {ww.}
ik bundel
jij bundelt
hij/zij/het bundelt
ik bundel
jij bundelt
hij/zij/het bundelt
» meer vervoegingen van bundelen