Vertaling van dromen
mijmeren {ww.}
ik droom
jij droomt
hij/zij/het droomt
ik droom
jij droomt
hij/zij/het droomt
» meer vervoegingen van dromen
ik droom
jij droomt
hij/zij/het droomt
ik droom
jij droomt
hij/zij/het droomt
» meer vervoegingen van dromen
ik droom
jij droomt
hij/zij/het droomt
ik droom
jij droomt
hij/zij/het droomt
» meer vervoegingen van dromen
dagdromen {ww.}
ik dagdroom
jij dagdroomt
hij/zij/het dagdroomt
ik droom
jij droomt
hij/zij/het droomt
» meer vervoegingen van dromen
wensdroom
dagdroom {zn.}
dromen
verlangen
begeren
zuchten {ww.}
ik begeer
jij begeert
hij/zij/het begeert
ik taal
jij taalt
hij/zij/het taalt
» meer vervoegingen van talen
droombeeld
wensdroom
ideaalbeeld
ideaal {zn.}
Voorbeelden in zinsverband
Soms komen dromen uit.
Soms komen dromen uit.
Ik heb veel dromen.
Ik heb veel dromen.
Dromen komen uit.
Dromen komen uit.
Toms dromen kwamen uit.
Toms dromen kwamen uit.
Ge doet mij dromen.
Ge doet mij dromen.
Ik heb vaak nare dromen.
Ik heb vaak nare dromen.
Tom is de man van mijn dromen.
Tom is de man van mijn dromen.
Je bent het meisje van mijn dromen.
Je bent het meisje van mijn dromen.
Met deze telescoop kun je sterren en dromen zien.
Met deze telescoop kun je sterren en dromen zien.
Hoe zou ik een robot kunnen zijn? Robots dromen niet.
Hoe zou ik een robot kunnen zijn? Robots dromen niet.
Ik heb geen geld, maar ik heb dromen.
Ik heb geen geld, maar ik heb dromen.
Sommige dromen zijn een glimp van de toekomst.
Sommige dromen zijn een glimp van de toekomst.
Mijn ogen zijn een oceaan waarin mijn dromen weerspiegelen.
Mijn ogen zijn een oceaan waarin mijn dromen weerspiegelen.
Ik heb geen geld, maar ik heb dromen.
Ik heb geen geld, maar ik heb dromen.
Een van mijn dromen is ooit het noorderlicht te zien krijgen.
Een van mijn dromen is ooit het noorderlicht te zien krijgen.