Vertaling van etter

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
pus, etter [m] {zn.}
pus
etter [m] {zn.}
Goede en prijzenswaardige etter
Goede en prijzenswaardige etter
Waar pus zit, verwijder het
Waar pus zit, verwijder het
zweren, etteren {ww.}
zweren
etteren {ww.}

ik etter
jij ettert
hij/zij/het ettert

ik etter
jij ettert
hij/zij/het ettert
» meer vervoegingen van etteren

hond [m] (de ~), zak [m] (de ~), etter [m] (de ~), lul [m] (de ~), pokkenvent, pleurislijder [m] (de ~), plurk, ellendeling [m] (de ~), fielt, serpent [m] (de/het ~), tyfuslijer, kelerelijer, klerelijer [m] (de ~), hondenlul [m] (de ~), kelerelijder, etterbak, gemenerik [m] (de ~), fluim, rasploert, kloot [m] (de ~), schoelje [m] (het ~), smiecht [m] (de ~), stinker, beroerling, zakkenwasser [m] (de ~), paardenlul, kloothommel, etterbuil, sekreet [o] (het ~), klootspiraal, paardelul, klootzak [m] (de ~), patjakker, kwal [m] (de ~), ploert [m] (de ~), lamgat, pokkenlijer, lammeling [m] (de ~), pooier, lamstraal, rotzak [m] (de ~), lamzak [m] (de ~), schoft [m] (de ~), lazersteen, smeerlap [m] (de ~), lazerstraal, teringlijder, loeder [m] (de/het ~), vuilak [m] (de ~), lulhannes, zwijn [m] (het ~), lulletje, hondelul, miesgasser, lelijkerd [m] (de ~), mispunt [m] (het ~), pokkenlijder [m] (de ~), onverlaat [m] (de ~), stinkerd [m] (de ~), naarling [m] (de ~) {zn.}
hond [m] (de ~)
zak [m] (de ~)
etter [m] (de ~)
lul [m] (de ~)
pokkenvent
pleurislijder [m] (de ~)
plurk
ellendeling [m] (de ~)
fielt
serpent [m] (de/het ~)
tyfuslijer
kelerelijer
klerelijer [m] (de ~)
hondenlul [m] (de ~)
kelerelijder
etterbak
gemenerik [m] (de ~)
fluim
rasploert
kloot [m] (de ~)
schoelje [m] (het ~)
smiecht [m] (de ~)
stinker
beroerling
zakkenwasser [m] (de ~)
paardenlul
kloothommel
etterbuil
sekreet [o] (het ~)
klootspiraal
paardelul
klootzak [m] (de ~)
patjakker
kwal [m] (de ~)
ploert [m] (de ~)
lamgat
pokkenlijer
lammeling [m] (de ~)
pooier
lamstraal
rotzak [m] (de ~)
lamzak [m] (de ~)
schoft [m] (de ~)
lazersteen
smeerlap [m] (de ~)
lazerstraal
teringlijder
loeder [m] (de/het ~)
vuilak [m] (de ~)
lulhannes
zwijn [m] (het ~)
lulletje
hondelul
miesgasser
lelijkerd [m] (de ~)
mispunt [m] (het ~)
pokkenlijder [m] (de ~)
onverlaat [m] (de ~)
stinkerd [m] (de ~)
naarling [m] (de ~) {zn.}
Hij heeft een hond.
Hij heeft een hond.
De hond is wit.
De hond is wit.
veretteren, etteren {ww.}
veretteren
etteren {ww.}

ik etter
jij ettert
hij/zij/het ettert

ik etter
jij ettert
hij/zij/het ettert
» meer vervoegingen van etteren

vervelen, etteren, rotzooien, sodemieteren, kloothannesen, lazerstralen, duveljagen, donderen, du(i)veljagen, duvelen, donderstralen, donderstenen, donderjagen, klooien, gallen, kloten, klieren {ww.}
vervelen
etteren
rotzooien
sodemieteren
kloothannesen
lazerstralen
duveljagen
donderen
du(i)veljagen
duvelen
donderstralen
donderstenen
donderjagen
klooien
gallen
kloten
klieren {ww.}

ik donder
jij dondert
hij/zij/het dondert

ik verveel
jij verveelt
hij/zij/het verveelt
» meer vervoegingen van vervelen


Gerelateerd aan etter

pus - zweren - etteren - hond - zak - lul - pokkenvent - pleurislijder - plurk - ellendeling - fielt - serpent - tyfuslijer - kelerelijer - klerelijerpersoon - afscheiden - doen