Vertaling van in het licht van
gezien {vz.}
verwittigen
informeren
inlichten
berichten {ww.}
ik bericht
jij bericht
hij/zij/het bericht
ik licht voor
jij licht voor
hij/zij/het licht voor
» meer vervoegingen van voorlichten
ik licht bij
jij licht bij
hij/zij/het licht bij
ik licht bij
jij licht bij
hij/zij/het licht bij
» meer vervoegingen van bijlichten
luminisceren {ww.}
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
» meer vervoegingen van lichten
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
» meer vervoegingen van lichten
ik licht door
jij licht door
hij/zij/het licht door
ik licht door
jij licht door
hij/zij/het licht door
» meer vervoegingen van doorlichten
twinkelen
flonkeren
flikkeren {ww.}
ik flikker
jij flikkert
hij/zij/het flikkert
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
» meer vervoegingen van lichten
lichten
schijnen
licht geven {ww.}
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
» meer vervoegingen van lichten
lichten
lenzen
uithalen
legen
ledigen {ww.}
ik ledig
jij ledigt
hij/zij/het ledigt
ik ruim
jij ruimt
hij/zij/het ruimt
» meer vervoegingen van ruimen