Vertaling van inplanten
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
inplanten, implanteren {ww.}
inplanten
implanteren {ww.}
implanteren {ww.}
ik zal implanteren
jij zult implanteren
hij/zij/het zal implanteren
ik zal inplanten
jij zult inplanten
hij/zij/het zal inplanten
» meer vervoegingen van inplanten
vestigen, inplanten {ww.}
vestigen
inplanten {ww.}
inplanten {ww.}
ik zal inplanten
jij zult inplanten
hij/zij/het zal inplanten
ik zal vestigen
jij zult vestigen
hij/zij/het zal vestigen
» meer vervoegingen van vestigen
Zoveel inspanning kostte het de Romeinse staat te vestigen
Zoveel inspanning kostte het de Romeinse staat te vestigen
planten, inplanten {ww.}
planten
inplanten {ww.}
inplanten {ww.}
ik zal inplanten
jij zult inplanten
hij/zij/het zal inplanten
ik zal planten
jij zult planten
hij/zij/het zal planten
» meer vervoegingen van planten
Planten groeien snel na regen.
Planten groeien snel na regen.
Water is onmisbaar voor planten.
Water is onmisbaar voor planten.