Vertaling van ophalen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
ophalen, inademen {ww.}
ophalen
inademen {ww.}

ik zal inademen
jij zult inademen
hij/zij/het zal inademen

ik zal ophalen
jij zult ophalen
hij/zij/het zal ophalen
» meer vervoegingen van ophalen

ophalen, komen halen, afhalen {ww.}
ophalen
komen halen
afhalen {ww.}

ik zal afhalen
jij zult afhalen
hij/zij/het zal afhalen

ik zal ophalen
jij zult ophalen
hij/zij/het zal ophalen
» meer vervoegingen van ophalen

uittrekken, ophalen {ww.}
uittrekken
ophalen {ww.}

ik zal ophalen
ik zou ophalen
jij zult ophalen

ik zal uittrekken
ik zou uittrekken
jij zult uittrekken
» meer vervoegingen van uittrekken

Het is de bedoeling dat we onze schoenen uittrekken aan de ingang.
Het is de bedoeling dat we onze schoenen uittrekken aan de ingang.
"We geven geen kortingen," zei de vrouw streng, "ongeacht hoe klein. En wilt u nu alstublieft het pak uittrekken als u het zich niet kunt veroorloven?"
"We geven geen kortingen," zei de vrouw streng, "ongeacht hoe klein. En wilt u nu alstublieft het pak uittrekken als u het zich niet kunt veroorloven?"
tillen, verheffen, oprichten, ophalen, heffen, beuren {ww.}
tillen
verheffen
oprichten
ophalen
heffen
beuren {ww.}

ik zal beuren
ik zou beuren
jij zult beuren

ik zal tillen
ik zou tillen
jij zult tillen
» meer vervoegingen van tillen

Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
optrekken, ophalen {ww.}
optrekken
ophalen {ww.}

ik zal ophalen
ik zou ophalen
jij zult ophalen

ik zal optrekken
ik zou optrekken
jij zult optrekken
» meer vervoegingen van optrekken



Gerelateerd aan ophalen

inademen - komen halen - afhalen - uittrekken - tillen - verheffen - oprichten - heffen - beuren - optrekken