Vertaling van oprichten

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
tillen, verheffen, oprichten, ophalen, heffen, beuren {ww.}
tillen
verheffen
oprichten
ophalen
heffen
beuren {ww.}

ik zal beuren
ik zou beuren
jij zult beuren

ik zal tillen
ik zou tillen
jij zult tillen
» meer vervoegingen van tillen

Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
Hij is sterk genoeg om dat op te tillen.
vestigen, opslaan, neerzetten, oprichten {ww.}
vestigen
opslaan
neerzetten
oprichten {ww.}

ik zal neerzetten
ik zou neerzetten
jij zult neerzetten

ik zal vestigen
ik zou vestigen
jij zult vestigen
» meer vervoegingen van vestigen

Mag ik het hier neerzetten?
Mag ik het hier neerzetten?
Je bent geen eigenaar van dit opslagbestand. Je kunt je voortgang niet opslaan. Trofeeën zijn niet beschikbaar.
Je bent geen eigenaar van dit opslagbestand. Je kunt je voortgang niet opslaan. Trofeeën zijn niet beschikbaar.
oprichten {ww.}
oprichten {ww.}

ik zal oprichten
ik zou oprichten
jij zult oprichten

ik zal oprichten
ik zou oprichten
jij zult oprichten
» meer vervoegingen van oprichten

vestigen, oprichten, stichten, inrichten {ww.}
vestigen
oprichten
stichten
inrichten {ww.}

ik zal inrichten
ik zou inrichten
jij zult inrichten

ik zal vestigen
ik zou vestigen
jij zult vestigen
» meer vervoegingen van vestigen

Zoveel inspanning kostte het de Romeinse staat te vestigen
Zoveel inspanning kostte het de Romeinse staat te vestigen
oprichten {ww.}
oprichten {ww.}

ik zal oprichten
ik zou oprichten
jij zult oprichten

ik zal oprichten
ik zou oprichten
jij zult oprichten
» meer vervoegingen van oprichten

opzetten, oprichten {ww.}
opzetten
oprichten {ww.}

ik zal oprichten
ik zou oprichten
jij zult oprichten

ik zal opzetten
ik zou opzetten
jij zult opzetten
» meer vervoegingen van opzetten

Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.
Men moet een helm opzetten om het hoofd te beschermen.
Misschien moet jij dan een mondkapje opzetten.
Misschien moet jij dan een mondkapje opzetten.
institueren, instellen, oprichten {ww.}
institueren
instellen
oprichten {ww.}

ik zal instellen
jij zult instellen
hij/zij/het zal instellen

ik zal institueren
jij zult institueren
hij/zij/het zal institueren
» meer vervoegingen van institueren



Gerelateerd aan oprichten

tillen - verheffen - ophalen - heffen - beuren - vestigen - opslaan - neerzetten - stichten - inrichten - opzetten - institueren - instellenstellen - bewegen - inzetten