Vertaling van plons

Inhoud:

Nederlands

plons {zn.}

plons, plemp, plomp, plens [m] (de ~) {zn.}

plons
plemp
plomp
plens [m] (de ~) {zn.}

plonzen {ww.}

ik plons
jij plonst
hij/zij/het plonst

ik plons
jij plonst
hij/zij/het plonst
» meer vervoegingen van plonzen

plassen, plonzen, klapperen, klotsen, kabbelen {ww.}

plassen
plonzen
klapperen
klotsen
kabbelen {ww.}

hij/zij/het kabbelt
zij kabbelen
ik klapper

hij/zij/het plast
zij plassen
ik plas
» meer vervoegingen van plassen

Ik moet nodig plassen en kan geen wc vinden.

Het regent dat het giet! Op straat zijn overal plassen, en het water stroomt van de daken.

plomp [m] (de ~), plons [m] (de ~) {zn.}

plomp [m] (de ~)
plons [m] (de ~) {zn.}

plassen, spetteren, spetten, spatten, plonzen, bespatten {ww.}

plassen
spetteren
spetten
spatten
plonzen
bespatten {ww.}

ik bespat
jij bespat
hij/zij/het bespat

ik plas
jij plast
hij/zij/het plast
» meer vervoegingen van plassen

plonzen, plompen {ww.}

plonzen
plompen {ww.}

ik plomp
jij plompt
hij/zij/het plompt

ik plons
jij plonst
hij/zij/het plonst
» meer vervoegingen van plonzen