Vertaling van plens
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
scheut, plens {zn.}
scheut
plens {zn.}
plens {zn.}
plenzen {ww.}
plenzen {ww.}
ik plens
jij plenst
hij/zij/het plenst
ik plens
jij plenst
hij/zij/het plenst
» meer vervoegingen van plenzen
plons, plemp, plomp, plens {zn.}
plons
plemp
plomp
plens {zn.}
plemp
plomp
plens {zn.}
storten, gieten, zeiken, plenzen, stortregenen, slagregenen, sausen, plasregenen, hozen {ww.}
storten
gieten
zeiken
plenzen
stortregenen
slagregenen
sausen
plasregenen
hozen {ww.}
gieten
zeiken
plenzen
stortregenen
slagregenen
sausen
plasregenen
hozen {ww.}
ik giet
jij giet
hij/zij/het giet
ik stort
jij stort
hij/zij/het stort
» meer vervoegingen van storten
Het begon te gieten.
Het begon te gieten.
Degenen die Jupiter in het verderf wil storten, ontneemt hij eerst hun zinnen
Degenen die Jupiter in het verderf wil storten, ontneemt hij eerst hun zinnen
plenzen {ww.}
plenzen {ww.}
ik plens
jij plenst
hij/zij/het plenst
ik plens
jij plenst
hij/zij/het plenst
» meer vervoegingen van plenzen