Vertaling van produceren

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
produceren {ww.}
produceren {ww.}

ik produceer
jij produceert
hij/zij/het produceert

ik produceer
jij produceert
hij/zij/het produceert
» meer vervoegingen van produceren

produceren {ww.}
produceren {ww.}

ik produceer
jij produceert
hij/zij/het produceert

ik produceer
jij produceert
hij/zij/het produceert
» meer vervoegingen van produceren

maken, vervaardigen, produceren {ww.}
maken
vervaardigen
produceren {ww.}

ik maak
jij maakt
hij/zij/het maakt

ik maak
jij maakt
hij/zij/het maakt
» meer vervoegingen van maken

Buitenlanders maken me nieuwsgierig.
Buitenlanders maken me nieuwsgierig.
Kleren maken de man.
Kleren maken de man.


Gerelateerd aan produceren

maken - vervaardigenverwezenlijken - tonen - verrichten - veroorzaken