Vertaling van stapel

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
stapel, scheepswerf, werf, helling [v] {zn.}
stapel
scheepswerf
werf
helling [v] {zn.}
Voeg een beetje bij een beetje en de stapel zal groot zijn
Voeg een beetje bij een beetje en de stapel zal groot zijn
Stapel, De Stapel {eigenn.}
Stapel
De Stapel {eigenn.}
hoop, tas, massa, menigte, boel [m], stapel, troep, schare, drom [m] {zn.}
hoop
tas
massa
menigte
boel [m]
stapel
troep
schare
drom [m] {zn.}
Een menigte verzamelde zich in deze straat.
Een menigte verzamelde zich in deze straat.
De menigte wordt groter en groter.
De menigte wordt groter en groter.
dol, dolzinnig, gek, krankzinnig, stapel, uitzinnig, waanzinnig {bn.}
dol
dolzinnig
gek
krankzinnig
stapel
uitzinnig
waanzinnig {bn.}
hoop, stapel, schelf, hooiopper, opper {zn.}
hoop
stapel
schelf
hooiopper
opper {zn.}
Ik hoop van niet.
Ik hoop van niet.
Hij verliest nooit de hoop.
Hij verliest nooit de hoop.
opslaan, stapelen {ww.}
opslaan
stapelen {ww.}

ik sla op
jij slaat op
hij/zij/het slaat op

ik sla op
jij slaat op
hij/zij/het slaat op
» meer vervoegingen van opslaan

Je bent geen eigenaar van dit opslagbestand. Je kunt je voortgang niet opslaan. Trofeeën zijn niet beschikbaar.
Je bent geen eigenaar van dit opslagbestand. Je kunt je voortgang niet opslaan. Trofeeën zijn niet beschikbaar.
tassen, opeenstapelen, opstapelen, stapelen, ophopen, opeenhopen {ww.}
tassen
opeenstapelen
opstapelen
stapelen
ophopen
opeenhopen {ww.}

ik hoop opeen
jij hoopt opeen
hij/zij/het hoopt opeen

ik tas
jij tast
hij/zij/het tast
» meer vervoegingen van tassen

We verplaatsten onze tassen om plaats te maken zodat de oudere dame kon zitten.
We verplaatsten onze tassen om plaats te maken zodat de oudere dame kon zitten.
hopen, ophopen, stapelen, optassen, opeenstapelen, opstapelen {ww.}
hopen
ophopen
stapelen
optassen
opeenstapelen
opstapelen {ww.}

ik hoop
jij hoopt
hij/zij/het hoopt

ik hoop
jij hoopt
hij/zij/het hoopt
» meer vervoegingen van hopen

Laten we het hopen.
Laten we het hopen.
Laat ons hopen!
Laat ons hopen!


Gerelateerd aan stapel

scheepswerf - werf - helling - Stapel - De Stapel - hoop - tas - massa - menigte - boel - troep - schare - drom - dol - dolzinnigopeenhopen