Vertaling van uitdrukken

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
uitdrukken, verwoorden, uitspreken, uiten, opperen, betuigen {ww.}
uitdrukken
verwoorden
uitspreken
uiten
opperen
betuigen {ww.}

ik zal betuigen
ik zou betuigen
jij zult betuigen

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken
» meer vervoegingen van uitdrukken

Ik hou er niet van als wiskundigen die veel meer weten dan ik hun gedachten niet duidelijk kunnen uitdrukken.
Ik hou er niet van als wiskundigen die veel meer weten dan ik hun gedachten niet duidelijk kunnen uitdrukken.
uitdrukken, uitpersen, uitknijpen, persen {ww.}
uitdrukken
uitpersen
uitknijpen
persen {ww.}

ik zal persen
jij zult persen
hij/zij/het zal persen

ik zal uitdrukken
jij zult uitdrukken
hij/zij/het zal uitdrukken
» meer vervoegingen van uitdrukken

uitdrukken {ww.}
uitdrukken {ww.}

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken
» meer vervoegingen van uitdrukken

uitdrukken, verwoorden, vellen, uitspreken {ww.}
uitdrukken
verwoorden
vellen
uitspreken {ww.}

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken
» meer vervoegingen van uitdrukken

uitdrukken {ww.}
uitdrukken {ww.}

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken
» meer vervoegingen van uitdrukken

uitdrukken {ww.}
uitdrukken {ww.}

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken
» meer vervoegingen van uitdrukken

uitdrukken, uitknijpen {ww.}
uitdrukken
uitknijpen {ww.}

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken

ik zal uitdrukken
ik zou uitdrukken
jij zult uitdrukken
» meer vervoegingen van uitdrukken

aanduiden, uitdrukken, ventileren, luchten {ww.}
aanduiden
uitdrukken
ventileren
luchten {ww.}

ik zal aanduiden
jij zult aanduiden
hij/zij/het zal aanduiden

ik zal aanduiden
jij zult aanduiden
hij/zij/het zal aanduiden
» meer vervoegingen van aanduiden

Kan men een datum aanduiden, waarop een taal begon te leven? Men is geneigd te antwoorden: "Wat een vraag!" . En toch bestaat er zulk een datum: 26 juli, Esperantodag…
Kan men een datum aanduiden, waarop een taal begon te leven? Men is geneigd te antwoorden: "Wat een vraag!" . En toch bestaat er zulk een datum: 26 juli, Esperantodag…


Gerelateerd aan uitdrukken

verwoorden - uitspreken - uiten - opperen - betuigen - uitpersen - uitknijpen - persen - vellen - aanduiden - ventileren - luchtendoven - drukken - uiten - knijpen - leegmaken - weergeven