Vertaling van uitstaan

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
uitstaan, vooruitsteken, vooruitspringen, uitsteken, uitspringen {ww.}
uitstaan
vooruitsteken
vooruitspringen
uitsteken
uitspringen {ww.}

ik zal uitspringen
jij zult uitspringen
hij/zij/het zal uitspringen

ik zal uitstaan
jij zult uitstaan
hij/zij/het zal uitstaan
» meer vervoegingen van uitstaan

Ik kan de pijn niet meer uitstaan.
Ik kan de pijn niet meer uitstaan.
Ik kan dit hete weer niet uitstaan.
Ik kan dit hete weer niet uitstaan.
uitstaan {ww.}
uitstaan {ww.}

ik zal uitstaan
ik zou uitstaan
jij zult uitstaan

ik zal uitstaan
ik zou uitstaan
jij zult uitstaan
» meer vervoegingen van uitstaan

uitstaan, uitsteken {ww.}
uitstaan
uitsteken {ww.}

ik zal uitstaan
ik zou uitstaan
jij zult uitstaan

ik zal uitstaan
ik zou uitstaan
jij zult uitstaan
» meer vervoegingen van uitstaan

verdragen, uitstaan, uithouden, harden, dulden, doorstaan {ww.}
verdragen
uitstaan
uithouden
harden
dulden
doorstaan {ww.}

ik zal doorstaan
jij zult doorstaan
hij/zij/het zal doorstaan

ik zal verdragen
jij zult verdragen
hij/zij/het zal verdragen
» meer vervoegingen van verdragen

Ik kan het niet meer uithouden.
Ik kan het niet meer uithouden.
Verdragen kan onverdraaglijk zijn.
Verdragen kan onverdraaglijk zijn.
verdragen, velen, lijden, uitstaan, ondergaan, doorstaan {ww.}
verdragen
velen
lijden
uitstaan
ondergaan
doorstaan {ww.}

ik zal doorstaan
ik zou doorstaan
jij zult doorstaan

ik zal verdragen
ik zou verdragen
jij zult verdragen
» meer vervoegingen van verdragen

Velen verloren hun huis na de aardbeving.
Velen verloren hun huis na de aardbeving.
Velen zijn geroepen, slechts weinig uitverkoren
Velen zijn geroepen, slechts weinig uitverkoren


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Ik kan de pijn niet meer uitstaan.

Ik kan de pijn niet meer uitstaan.

Ik kan dit hete weer niet uitstaan.

Ik kan dit hete weer niet uitstaan.


Gerelateerd aan uitstaan

vooruitsteken - vooruitspringen - uitsteken - uitspringen - verdragen - uithouden - harden - dulden - doorstaan - velen - lijden - ondergaaneruitzien