Vertaling van vermoeden
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
vermoeden, gissen {ww.}
vermoeden
gissen {ww.}
gissen {ww.}
ik gis
jij gist
hij/zij/het gist
ik vermoed
jij vermoedt
hij/zij/het vermoedt
» meer vervoegingen van vermoeden
Ze beloven ons gouden bergen, maar ik heb zo het vermoeden dat we op de vervulling van die beloften kunnen wachten tot de dag dat Pasen en Pinksteren op één dag vallen.
Ze beloven ons gouden bergen, maar ik heb zo het vermoeden dat we op de vervulling van die beloften kunnen wachten tot de dag dat Pasen en Pinksteren op één dag vallen.
stellen, veronderstellen, vermoeden, menen, aannemen {ww.}
stellen
veronderstellen
vermoeden
menen
aannemen {ww.}
veronderstellen
vermoeden
menen
aannemen {ww.}
ik neem aan
jij neemt aan
hij/zij/het neemt aan
ik stel
jij stelt
hij/zij/het stelt
» meer vervoegingen van stellen
We veronderstellen dat Tom eerlijk is.
We veronderstellen dat Tom eerlijk is.
Mag ik een vraag stellen?
Mag ik een vraag stellen?
vermoeden , conjectuur {zn.}
vermoeden
conjectuur {zn.}
conjectuur {zn.}
mening , vermoeden, veronderstelling , onderstelling , hypothese {zn.}
mening
vermoeden
veronderstelling
onderstelling
hypothese {zn.}
vermoeden
veronderstelling
onderstelling
hypothese {zn.}
Zijn mening is waardeloos.
Zijn mening is waardeloos.
Nu, wat is uw mening?
Nu, wat is uw mening?
denken, geloven, vermoeden, menen, bevroeden {ww.}
denken
geloven
vermoeden
menen
bevroeden {ww.}
geloven
vermoeden
menen
bevroeden {ww.}
ik bevroed
jij bevroedt
hij/zij/het bevroedt
ik denk
jij denkt
hij/zij/het denkt
» meer vervoegingen van denken
Eerst zien, dan geloven.
Eerst zien, dan geloven.
Weinig mensen denken zo.
Weinig mensen denken zo.