Vertaling van verwanten
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
familie , bloedverwanten, verwanten {zn.}
familie
bloedverwanten
verwanten {zn.}
bloedverwanten
verwanten {zn.}
Hoe groot is uw familie?
Hoe groot is uw familie?
Zijn ze familie van je?
Zijn ze familie van je?
overeenkomstig, verwant (mv. verwanten) {bn.}
overeenkomstig
verwant (mv. verwanten) {bn.}
verwant (mv. verwanten) {bn.}
verwant (mv. verwanten), familielid {zn.}
verwant (mv. verwanten)
familielid {zn.}
familielid {zn.}
Ze zijn aan elkaar verwant.
Ze zijn aan elkaar verwant.
Nederlands is nauw verwant aan Duits.
Nederlands is nauw verwant aan Duits.
verwant (mv. verwanten), aanverwant {bn.}
verwant (mv. verwanten)
aanverwant {bn.}
aanverwant {bn.}
verwant (mv. verwanten) , bloedverwant , familielid {zn.}
verwant (mv. verwanten)
bloedverwant
familielid {zn.}
bloedverwant
familielid {zn.}
verwant (mv. verwanten), vrouwelijke verwant, vrouwelijk familielid, familielid {zn.}
verwant (mv. verwanten)
vrouwelijke verwant
vrouwelijk familielid
familielid {zn.}
vrouwelijke verwant
vrouwelijk familielid
familielid {zn.}
verwant , maag, naverwant, bloedverwant , familielid {zn.}
verwant
maag
naverwant
bloedverwant
familielid {zn.}
maag
naverwant
bloedverwant
familielid {zn.}
Eten wordt verteerd in de maag.
Eten wordt verteerd in de maag.
Zijn ogen zijn groter dan zijn maag.
Zijn ogen zijn groter dan zijn maag.
verwant (mv. verwanten), vermaagschapt, geparenteerd {zn.}
verwant (mv. verwanten)
vermaagschapt
geparenteerd {zn.}
vermaagschapt
geparenteerd {zn.}
analogisch, commensurabel, concordant, conform, overeenkomstig, gelijkaardig, parallel, soortgelijk, vergelijkbaar, verwant (mv. verwanten), analoog, overeenkomend {bn.}
analogisch
commensurabel
concordant
conform
overeenkomstig
gelijkaardig
parallel
soortgelijk
vergelijkbaar
verwant (mv. verwanten)
analoog
overeenkomend {bn.}
commensurabel
concordant
conform
overeenkomstig
gelijkaardig
parallel
soortgelijk
vergelijkbaar
verwant (mv. verwanten)
analoog
overeenkomend {bn.}
verwant (mv. verwanten), aanverwant, gelieerd {bn.}
verwant (mv. verwanten)
aanverwant
gelieerd {bn.}
aanverwant
gelieerd {bn.}