Betekenis van:
gewricht

gewricht (het ~ | meervoud gewrichten)
Zelfstandig naamwoord
  • beweegbare verbinding
"speling op de gewrichten"

Hyperoniemen

Hyponiemen

gewricht (het ~ | meervoud gewrichten)
Zelfstandig naamwoord
  • gewricht; beweegbare verbinding tussen beenderen; verbinding tussen beenderen
"pijnlijke/stramme gewrichten"
"soepele gewrichten"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

gewricht
Zelfstandig naamwoord
  • beweegbare verbinding van twee of meer beenderen

Voorbeeldzinnen

  1. Pees of in gewricht
  2. Uitsnijden en uitbenen: Lossnijden rond het gewricht tussen schenkelpijp (radius) en kuitbeen (humerus).