Vertaling van faded

Inhoud:

Engels
Nederlands
pale, sallow, wan, pallid, faded, washy, drab {bn.}
bleek
flets
pips
vaal
to blur, to fade, to dim {ww.}
vervagen

he/she/it faded
they faded

hij/zij/het vervaagde
zij vervaagden
» meer vervoegingen van vervagen

Her beauty will fade in time.
Haar schoonheid zal mettertijd vervagen.
to fade, to blanch, to pale {ww.}
verschieten
tanen
verbleken
bleek worden

I faded
you faded
he/she/it faded

ik verschoot
jij verschoot
hij/zij/het verschoot
» meer vervoegingen van verschieten

to fade {ww.}
verkleuren
verschieten
vaal worden

I faded
you faded
he/she/it faded

ik verschoot
jij verschoot
hij/zij/het verschoot
» meer vervoegingen van verschieten

to fade, to wither, to droop, to wilt {ww.}
kwijnen
verdorren
verflensen
verleppen
verwelken

I faded
you faded
he/she/it faded

ik kwijnde
jij kwijnde
hij/zij/het kwijnde
» meer vervoegingen van kwijnen

bleached, faded, washed-out, washy {bn.}
valig
bleached, faded, washed-out, washy {bn.}
op
to fade, to wither {ww.}
verflensen
verleppen
verwelken

I faded
you faded
he/she/it faded

ik verflenste
jij verflenste
hij/zij/het verflenste
» meer vervoegingen van verflensen

to blow over, to evanesce, to fade, to fleet, to pass, to pass off {ww.}
vervlakken

he/she/it faded
they faded

hij/zij/het vervlakte
zij vervlakten
» meer vervoegingen van vervlakken

to fade, to wither {ww.}
verschieten
vervalen
verbleken

I faded
you faded
he/she/it faded

ik verschoot
jij verschoot
hij/zij/het verschoot
» meer vervoegingen van verschieten

to fade, to languish {ww.}
verpieteren
zieltogen
wegteren
wegkwijnen
verkwijnen
verkommeren

I faded
you faded
he/she/it faded

ik verpieterde
jij verpieterde
hij/zij/het verpieterde
» meer vervoegingen van verpieteren

to blow over, to evanesce, to fade, to fleet, to pass, to pass off {ww.}
omblazen
omverblazen

I faded
you faded
he/she/it faded

ik blies om
jij blies om
hij/zij/het blies om
» meer vervoegingen van omblazen

to fade, to melt {ww.}
wegdraaien

I faded
you faded
he/she/it faded

ik draaide weg
jij draaide weg
hij/zij/het draaide weg
» meer vervoegingen van wegdraaien

to fade, to wither {ww.}
aftakelen
verwelken

I faded
you faded
he/she/it faded

ik takelde af
jij takelde af
hij/zij/het takelde af
» meer vervoegingen van aftakelen

to fade, to melt {ww.}
doezelen
vervagen

I faded
you faded
he/she/it faded

ik doezelde
jij doezelde
hij/zij/het doezelde
» meer vervoegingen van doezelen

to fade, to languish {ww.}
faden

I faded



Gerelateerd aan faded

pale - sallow - wan - pallid - washy - drab - blur - fade - dim - blanch - wither - droop - wilt - bleached - washed-outlurid - astir - break - weaken - color - decline - blow - bowl over - cut - process