Vertaling van manen

Inhoud:

Nederlands
Engels
manen, aanmanen {ww.}
to dun for payment
to dun

wij manen
jullie manen
zij manen

we dun
you dun
they dun
» meer vervoegingen van to dun

manen, aanmanen, aansporen {ww.}
to exhort
to tell off
to admonish

wij manen
jullie manen
zij manen

we exhort
you exhort
they exhort
» meer vervoegingen van to exhort

manen {zn.}
mane 
manen {zn.}
mane
manen (de ~) {zn.}
mane
maan (mv. manen) [v] {zn.}
moon 
De maan schijnt 's nachts.
The moon shines at night.
De maan weerspiegelde in het meer.
The moon was mirrored in the lake.
Herman, Haarm, Harm, Harman, Harmans, Heereman, Maan, Manus {eigenn.}
Armand
aansporen, aandrijven, aanmanen, aanporren, instigeren, manen, pramen, drijven, zetten, aanzetten, , aanjagen {ww.}
to urge on
to press
to urge
to exhort

wij manen
jullie manen
zij manen

we press
you press
they press
» meer vervoegingen van to press

bijplaneet, satelliet [m] (de ~), trawant, wachter, maan (mv. manen) [m] (de ~) {zn.}
satellite
artificial satellite
orbiter
Ze slaagden erin een kunstmatige satelliet in een baan (om de aarde) te brengen.
They succeeded in putting an artificial satellite in orbit.
De satelliet bevindt zich in een baan om de maan.
The satellite is in orbit around the moon.


Gerelateerd aan manen

aanmanen - aansporen - maan - Herman - Haarm - Harm - Harman - Harmans - Heereman - Maan - Manus - aandrijven - aanporren - instigeren - pramenhaar - bewerken - beproeven - hemellichaam