Vertaling van opruimen

Inhoud:

Nederlands
Engels
inrichten, regelen, ruimen, opruimen, schikken, terechtbrengen {ww.}
to order 
to sort 
to collate
to categorize 
to tidy 
to put in order
to arrange 

ik zal opruimen
jij zult opruimen
hij/zij/het zal opruimen

I will order
you will order
he/she/it will order
» meer vervoegingen van to order

opruimen {ww.}
to broaden

ik zal opruimen
jij zult opruimen
hij/zij/het zal opruimen

I will broaden
you will broaden
he/she/it will broaden
» meer vervoegingen van to broaden

opruimen, ruimen {ww.}
to toss away
to toss out
to throw out
to toss
to put away
to throw away
to dispose
to fling
to discard
to chuck out
to cast out
to cast away
to cast aside

ik zal opruimen
jij zult opruimen
hij/zij/het zal opruimen

I will toss
you will toss
he/she/it will toss
» meer vervoegingen van to toss

uitverkopen, opruimen {ww.}
to sell out
to sell up
to liquidize

ik zal opruimen
jij zult opruimen
hij/zij/het zal opruimen

I will liquidize
you will liquidize
he/she/it will liquidize
» meer vervoegingen van to liquidize

wegruimen, opruimen {ww.}
to clean
to make clean

ik zal opruimen
jij zult opruimen
hij/zij/het zal opruimen

I will clean
you will clean
he/she/it will clean
» meer vervoegingen van to clean

Je moet je kamer opruimen.
You have to clean your room.


Gerelateerd aan opruimen

inrichten - regelen - ruimen - schikken - terechtbrengen - uitverkopen - wegruimenveranderen - wegdoen - verkopen - ordenen