Vertaling van afvegen
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
afvegen {ww.}
afvegen {ww.}
ik zal afvegen
jij zult afvegen
hij/zij/het zal afvegen
ik zal afvegen
jij zult afvegen
hij/zij/het zal afvegen
» meer vervoegingen van afvegen
vegen, afwissen, wissen, afvegen, afdrogen {ww.}
vegen
afwissen
wissen
afvegen
afdrogen {ww.}
afwissen
wissen
afvegen
afdrogen {ww.}
ik zal afdrogen
ik zou afdrogen
jij zult afdrogen
ik zal vegen
ik zou vegen
jij zult vegen
» meer vervoegingen van vegen
Nieuwe bezems vegen schoon.
Nieuwe bezems vegen schoon.
Mary wil het huis vegen.
Mary wil het huis vegen.
afvegen, afdoen {ww.}
afvegen
afdoen {ww.}
afdoen {ww.}
ik zal afdoen
ik zou afdoen
jij zult afdoen
ik zal afvegen
ik zou afvegen
jij zult afvegen
» meer vervoegingen van afvegen