Vertaling van flikken
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
stoppen, flikken, verstellen, oplappen, lappen, boeten {ww.}
stoppen
flikken
verstellen
oplappen
lappen
boeten {ww.}
flikken
verstellen
oplappen
lappen
boeten {ww.}
ik boet
jij boet
hij/zij/het boet
ik stop
jij stopt
hij/zij/het stopt
» meer vervoegingen van stoppen
Jullie zijn studenten! Alleen nu kunnen jullie zoiets flikken!
Jullie zijn studenten! Alleen nu kunnen jullie zoiets flikken!
Je moet stoppen met drinken.
Je moet stoppen met drinken.
flikken {ww.}
flikken {ww.}
ik flik
jij flikt
hij/zij/het flikt
ik flik
jij flikt
hij/zij/het flikt
» meer vervoegingen van flikken
flik {zn.}
flik {zn.}
politie , politieagent , agent , wout, tuut , smeris , sjouter, rakker, politiebeambte, diender , juut, klabak, glimmerik, gerechtsdienaar , flic, flik , politieambtenaar , pandoer, bout {zn.}
politie
politieagent
agent
wout
tuut
smeris
sjouter
rakker
politiebeambte
diender
juut
klabak
glimmerik
gerechtsdienaar
flic
flik
politieambtenaar
pandoer
bout {zn.}
politieagent
agent
wout
tuut
smeris
sjouter
rakker
politiebeambte
diender
juut
klabak
glimmerik
gerechtsdienaar
flic
flik
politieambtenaar
pandoer
bout {zn.}
Hij is politieagent geworden.
Hij is politieagent geworden.
De politieagent draagt een gasmasker.
De politieagent draagt een gasmasker.