Vertaling van gesteldheid
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
gesteldheid , aanleg , wilsbeschikking {zn.}
gesteldheid
aanleg
wilsbeschikking {zn.}
aanleg
wilsbeschikking {zn.}
Je moet rekening houden met zijn geestelijke gesteldheid.
Je moet rekening houden met zijn geestelijke gesteldheid.
Ik heb een natuurlijke aanleg voor wiskunde.
Ik heb een natuurlijke aanleg voor wiskunde.
staat, situatie , toestand, gesteldheid , stand, constellatie {zn.}
staat
situatie
toestand
gesteldheid
stand
constellatie {zn.}
situatie
toestand
gesteldheid
stand
constellatie {zn.}
Zijn toestand had erger kunnen zijn.
Zijn toestand had erger kunnen zijn.
Zwart staat je goed.
Zwart staat je goed.
staat , gesteldheid {zn.}
staat
gesteldheid {zn.}
gesteldheid {zn.}
Groen staat Alice goed.
Groen staat Alice goed.
Ze staat vroeg op.
Ze staat vroeg op.