Vertaling van klad

Inhoud:

Nederlands

klad, concept [o] {zn.}

klad
concept [o] {zn.}

klad [o] (het ~) {zn.}

moet, plek, mop, vlek, smet, klak, klad {zn.}

moet
plek
mop
vlek
smet
klak
klad {zn.}

Zijn mop was geweldig.

Ik lachte om zijn mop.

kladschilderen, kniederen, kladden {ww.}

kladschilderen
kniederen
kladden {ww.}

ik klad
jij kladt
hij/zij/het kladt

ik kladschilder
jij kladschildert
hij/zij/het kladschildert
» meer vervoegingen van kladschilderen

smet [m] (de ~), vlek [m] (de ~), klad {zn.}

smet [m] (de ~)
vlek [m] (de ~)
klad {zn.}

kladderen, kladden {ww.}

kladderen
kladden {ww.}

ik klad
jij kladt
hij/zij/het kladt

ik kladder
jij kladdert
hij/zij/het kladdert
» meer vervoegingen van kladderen

kladderen, kalken, kladden {ww.}

kladderen
kalken
kladden {ww.}

ik kalk
jij kalkt
hij/zij/het kalkt

ik kladder
jij kladdert
hij/zij/het kladdert
» meer vervoegingen van kladderen