Vertaling van knuppel

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
knuppel {zn.}
knuppel {zn.}
Die knuppel is veel te groot.
Die knuppel is veel te groot.
Argument met de knuppel, beroep op de stok
Argument met de knuppel, beroep op de stok
knuppel [m] (de ~) {zn.}
knuppel [m] (de ~) {zn.}
knuppelen {ww.}
knuppelen {ww.}

ik knuppel
jij knuppelt
hij/zij/het knuppelt

ik knuppel
jij knuppelt
hij/zij/het knuppelt
» meer vervoegingen van knuppelen

amateur [m] (de ~), knuppel [m] (de ~), sukkel [m] (de ~), stuntelaar, stuntel, stoethaspel [m] (de ~), prutser [m] (de ~), dreutel [m] (de ~), lomperd [m] (de ~), knurft [m] (de ~), klungel [m] (de ~), jandoedel, hannes, frutselaar, duts [m] (de ~), hobbezak [m] (de ~), lummel [m] (de ~), kluns [m] (de ~) {zn.}
amateur [m] (de ~)
knuppel [m] (de ~)
sukkel [m] (de ~)
stuntelaar
stuntel
stoethaspel [m] (de ~)
prutser [m] (de ~)
dreutel [m] (de ~)
lomperd [m] (de ~)
knurft [m] (de ~)
klungel [m] (de ~)
jandoedel
hannes
frutselaar
duts [m] (de ~)
hobbezak [m] (de ~)
lummel [m] (de ~)
kluns [m] (de ~) {zn.}
Tom is maar een amateur.
Tom is maar een amateur.
Ik hoop in contact te komen met andere Esperantisten via de radio, want ik ben radio-amateur. Mijn roepnummer is F5NQW.
Ik hoop in contact te komen met andere Esperantisten via de radio, want ik ben radio-amateur. Mijn roepnummer is F5NQW.
knuppelen {ww.}
knuppelen {ww.}

ik knuppel
jij knuppelt
hij/zij/het knuppelt

ik knuppel
jij knuppelt
hij/zij/het knuppelt
» meer vervoegingen van knuppelen



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Die knuppel is veel te groot.

Die knuppel is veel te groot.

Argument met de knuppel, beroep op de stok

Argument met de knuppel, beroep op de stok


Gerelateerd aan knuppel

synoniemen

knuppelen - amateur - sukkel - stuntelaar - stuntel - stoethaspel - prutser - dreutel - lomperd - knurft - klungel - jandoedel - hannes - frutselaar - duts

verwante termen

stok - persoon - slaan